De goede lezer heeft het allang door, we hebben geluncht bij L’Astrance*** en gedineerd bij Pierre Gagnaire***, en dat op 1 dag. Er zit een beetje een verhaal aan vast. Ik wil al 5 jaar bij PG eten, ben er ooit een keer met Coen geweest, en reserveer altijd te vroeg en te laat. Ik begin 2 maanden vantevoren, krijg een mailtje terug dat het maar maximaal 1 maand vantevoren kan, vergeet dat, en reserveer 3 weken vtv, en dan is het dus vol. Deze keer dus weer gebeurd, en ik werd zo pissig dat ik een mail heb terug gestuurd dat dit nu de 5de keer is dat me dat gebeurd en dat ik ervan schijt. Zo!! Meteen een mail terug en een tafel (op de avond zelf zijn er overigens 2 tafels leeg, overdreven gedoe allemaal). Zo doe je dat, haha. Anyway, Marco besluit mee te gaan, wil lunchen bij Hélène Darroze, vin ik niet zo top, ik zeg “waarom niet L’Astrance”, hij zegt “zit toch vol”, ik zeg “proberen”, hij zegt “okay”, laatste tafel! Zo komt het dus, volg je me nog (beetje een l..verhaal). Okay, de lunch is gezakt en we nemen een Grey Goose caipiroska in het Kube hotel alvorens we naar Pierre Gagnaire gaan, de levende legende waar Pascal vanmiddag nog fluisterend en vol respect over sprak. “Le Maestro….” Hartelijke ontvangst, we slaan de sjampie over en gaan direct aan de Saint Joseph cuvée St. Pierre van Yves Cuilleron (F, 2007). Er komen een paar snackjes; crème van zoete ui met spek en roquette; met soja gelakte paling met gember en sablé; broodje met rode paprika, ansjovis en crème van chorizo (mooi). Er is brood met zwarte olijven, brioche en kastanjebrood en de meest verukkelijke boter. We nemen het menu degustation, wat begint met een salade met kreeft, gelei van venkel en citroen, crème van het koraal van de kreeft, witte zomertruffel(?) en prachtige olijfolie uit Toscane (Manni). Het gerecht is ijs- en ijskoud, 1-0 voor Pascal! Tweede gerecht is seizoensgroente onder een warme gelei van Macvin (versterkte wijn uit de Jura) met een cassouletje van kikkerbillen en een spoortje gerookte haddock. Mooi. 

Door met lijngevangen (natuurlijk) zeebaars met een laurierboter, vadouvan en bebloemde en gebakken kokkels. Er komt nog een crème glacée van algen, kombu en tofu bij, niet spectaculair, wel lekker. We stappen over op een Pulligny Montrachet Domaine de Carillon (F, 2002) en komen eigenlijk een beetje tot de slotsom dat zowel vanmiddag als vanavond de wijnkaarten niet spectaculair zijn. De Fransen zijn natuurlijk nogal nationalistisch wat betreft wijn (among other things), maar beide kaarten, vooral bij L’Astrance, zijn een beetje saai. De Pulligny is top overigens, maak je geen zorgen, en we gaan door met een toastje blanke tonijn, met vinaigrette van witte balsamicoazijn, mousse van mais met popcorn en beignets van ui met tartaar van rode tonijn. En dan hebben we een probleem! We krijgen een soep van meloen, met tomaat, kaki, crab, mosselen, amandes (schelpdieren), amandelen en polenta met curry, die we beiden niet lekker vinden. Ontzettend zoet, niets aan, en een bizarre, rommelige presentatie. We nemen 3 happen en schuiven de lepel er een beetje door, waarna de gerant, die ons de hele tijd al ontzettend in de gaten houd, de borden weghaalt en binnen 3 minuten terug komt met gegrillde langoustines met een gelei van frambozen en mierikswortel, beurre amèrtine (bitter), grapefruit en crème van avocado. Beetje rare actie maar goed en vooral snel opgelost. Laatste gerecht voor het pièce is een fricassée van cantherellen met een crème van aubergine en wat fleur de courgette. Hier staat een klein kopje vélouté van navettes naast, wat meer een concentraat dan een soepje is. Mwah… Pièce is eend uit Challans, gegrilld, met crispy huid, sablé van réglisse (medicinaal plantje, wordt o.a. gebruikt in drop), abrikozen, kersen, foie gras en sauce bigarade (klassieke eendensaus met o.a. sinaasappel). Tjemig, wat moet ik er nu van zeggen, of zal ik een waardeoordeel maar gewoon achterwege laten en zeggen dat het altijd geweldig is om in een klassieke 3-sterrenzaak te mogen eten (want zo voelt het een beetje). De ambiance, de bediening, en natuurlijk ook een deel van het menu zijn top, maar een aantal (te veel) gerechten zijn dat ook niet, en dat mag niet (toch een oordeel!).  Enfin, monsieur Gagnaire, zelf aanwezig en een keer of 3 aan tafel, staat bekend om zijn desserts, en die zijn dan ook fenomenaal. Pruim met gelei met saffraan en mousse van passievrucht is het eerste toetje, gevolgd door een parfait glacé met fleur d’orange en meloen. Nog een pruim, nu met tomba kuro (?) en kersen, waarna een werkelijk briljante sorbet van gele perzik en rozenwater, gelei van Muscat de Beaumes de Venise, mousse van fromage blanc en meringue. De meester laat nog éénmaal van zich horen bij het chocoladetoetje, een 3-maandelijks wisselend gerecht, waar alles in zit wat lekker is. Zoet, zuur, bitter en een crunch. Helemaal top! We krijgen er nog een glaasje zoete Saumur bij van Domaine du Collier “La Ripaille” (F, 2003), maar dan is het echt mooi geweest. Als 2 oude mannen strompelen we de rue Balzac uit, doen nog een rondje Champs Ellysees, kijken of het leuk is in het nieuwe hotel Fouquet’s Barrière (prachtig), en besluiten een taxi naar het hotel te nemen. Ik val al in slaap op de gang, niet zo gek want het is daar aardedonker, en droom van eten……



Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.