Voor dim sum kun je me altijd wakker maken, al is het in het holst van de nacht. Nu gebeurt dat weinig, in het holst van de nacht dan, maar als ik ‘even’ in mijn eentje in Amsterdam wil lunchen is het bij Leeman döner of dim sum.

Ik ga eigenlijk altijd naar Sea Palace, door mijn vriend Ferry oneerbiedig de bamieboot genoemd, want daar is het lekker en het ligt makkelijk qua aanrijden en parkeren. Vroeger, in the old days, ging ik met mijn vader vaak naar China Corner, hoek Dam en Damstraat, maar die zijn er niet meer. Daarna jaren naar Oriental City, op de volgende hoek. Een geweldig adres waar ik nu te weinig kom want met de auto is het niet te doen. Ik ben er vooral vaak geweest in mijn Happyhappyjoyjoy-tijd toen de dim sum chef aldaar voor ons de har kau maakte (dumpling van rijstdeeg met garnalen, de allerbeste). Ik had destijds goddank een jaarcontract met ze, dat wilden zij zelf graag, waar ze zich vol mee in de vingers sneden want binnen een maand verkochten we meer har kau dan zij zelf in de Oude Doelenstraat (officieel Oudezijds Voorburgwal). De samenwerking was dan ook na exact een jaar afgelopen!

Terug naar de orde van de dag; Na een succesvolle opname van 3 nieuwe podcasts (luistert allen naar Julius’ Voorraadkast in je favoriete podcast-app) was ik in de buurt, en omdat mijn ami-surface SB laatst vertelde dat hij daar zo lekker gegeten had heb ik me door een wirwar van straatjes en grachtjes gewurgd om na 3 rondjes zoeken naar een plekkie uiteindelijk de trap naar 1-hoog van Oriental City te bestijgen. De zaak is in andere handen overgegaan had ik al gehoord, maar daar is weinig van te merken. De vloerbedekking is hetzelfde, zo ook de (te lage) tafels en de afstandelijke bediening die niet meer dan een paar woorden slecht Engels spreken.

Laat ik maar meteen met de billen bloot gaan, ik heb een vergelijkend warenonderzoekje gedaan tussen Oriental City en Sea Palace en de laatste wint met glans. De gebakken sui kau (gefrituurde garnalendumpling met gembersaus) is okay maar mist de reepjes verse gember door de saus.

De har kau (de eerder genoemde dumpling van rijstdeeg met garnalen) mist smaak en heeft in de verte een hint van de doek die over de bak met de vulling heeft gelegen. Het is niet vies maar ook niet echt lekker, ze missen frisheid.

Ik proef een gestoomde dumpling met een soort gehakt (die met de broccoli in het midden) en die is lekker. De chun fang, gestoomde rijstmeelpannenkoekjes met garnalen, zijn lekker maar de sojasaus waar ze in horen te liggen wordt ernaast geserveerd, half gemorst over het schaaltje, en heeft geen smaak.

De toastjes met garnalen en sesam zijn op zich lekker maar je moet erg je best doen dat de olie tijdens het eten in het toastje blijft en niet langs je gezicht loopt.

Ik bewaar het lekkerste voor het laatst, de koeienmaag in zwarte bonensaus, mijn favoriet! Ook deze valt tegen. De pens, want dat is het, ziet er grauw uit, wat op zich goed is want dat betekent dat ze niet is gebleekt, maar is volledig smakeloos. Ik mis de zwarte bonen, überhaupt mis ik de smaak, en van die schijven Spaanse peper word ik ook niet echt blij.

Het is allemaal geen halszaak maar je merkt dat de ziel er een beetje uit is. Ik mis de finesse die ik wel op de boot tegenkom en dan heb ik het puur over de smaak. Dat de mandjes lelijk en van plastic zijn boeit me niet, en dat de bediening ongeïnteresseerd is ook niet echt, hoewel de familiare bediening op de boot me altijd goed doet. Nee, het zijn de smaken. Jammer, maar de volgende keer ga ik weer lekker naar Kaji But en zijn familie aan de Oosterdokskade

Oriental City | Oudezijds Voorburgwal 177-179 | Amsterdam


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.