We zijn een weekkie weg en proberen de laatste zonnestralen te pakken aan de good old Côte d’Azur. We logeren in het huis van een vriendin, de hondjes zijn mee bij gebrek aan kinderen, en we hebben een onderlinge deal gemaakt om max. 1 x per dag uit en veel vaker thuis te eten. So far so good.

Op de heenweg slaan we qua nourriture wild in buiten Saint Tropez (we wonen in La Croix Valmer), alwaar de diesel meteen € 0,20 duurder is dan bij de duurste pomp langs de snelweg hahaha. De Géant Casino is gelukkig wat normaler geprijsd, zelfs de Cristal is hier goedkoper dan in het dorp (€ 220 ipv € 245, ik laat ze liggen) en met een auto vol rosé, Vacherin Mont d’Or en Le Petit Marseillas (voor thuis), rijden we de berg op.

De open-fire-roasted côte de boeuf, Pluk’s potatoes en eerder genoemde Mont d’Or zijn top en we duiken er vroeg in.

Op zondag mag je de markt in Ramatuelle (village) niet missen. Het is een behoorlijke klim vanaf de Parking maar dan heb je ook zomaar 9 marktkramen. We gaan voorbij aan de man met 30 kippen die allemaal gaar, bruin en koud zijn (om 10:15, dus van gisteren), ook aan de man van de uitgedroogde olijven, èn aan de man van de “zelfgemaakte” nougat van € 7,90/100 g, maar slaan vol in in één van de 30 Tarte Tropézienne winkels, waarover later meer.

Lunchen doen we, zoals eerder gezegd, op het strand, bij Le Migon, een toptent waar we geweest moeten zijn volgens intimi. In mijn reisefieber heb ik daar voor het diner gereserveerd en zijn we dus voor de lunch niet welkom. Niet gek natuurlijk, dimanche-dejeuner sur la plage is al een week vol. We gaan naar de buren, l’Esquinade, waar het gek genoeg best rustig is tussen de 150 stoelen. We kunnen rap bestellen en dat is maar goed ook want binnen een half uur zit het tjokvol en kan de bediening en de keuken het niet meer aan. Het eten is prima, de wijn vloeit, we zakken af naar de hacienda en koken ’s avonds… niet, want ik heb die tafel in Le Migon…, shit!

En shit is het best wel. De zaak is sinds een jaar van eigenaar veranderd, ze zijn aardig, de wijn is lekker, de foie is prima maar het speenvarken met flageolets is niet te eten, maar echt niet. De entrecôte van Isabel gaat, is liefdeloos gebakken en á point (medium) is natuurlijk knalrood, dus die kan nog even terug, en binnen anderhalf uur zitten we weer in de auto, helemaal klaar.

Maandag is het weer strakblauw en brengt ons automobiel ons naar Cavalaire voor een prima koffie’tje op het strand (cash only hahaha, geef ze ongelijk).

De tonijnsalade voor de lunch à la maison, en de butterflied kip voor het diner (ook à la maison) zijn verre van spannend, maar gewoon lekker! Morgen aan de open fire bouillabaisse bij Chez Camille.


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.