Léon de Lyon, een begrip in Lyon, heeft na 27 jaar 2 sterren te hebben gekookt, in 2007 de sterren “terug” gegeven en van de klassieke zaak een brasserie gemaakt. Dat kan dus niet fout gaan, en ondanks de vele twitter-tips, ik moet o.a. naar de “David Chang” van Lyon, besluit ik met de smaak van mijn kinderen in het hoofd voor de ambiance, snelheid en smaak van de brasserie te gaan. Had ik nou maar geluisterd…
De ontvangst is prima, we worden, met de skijacks nog aan, aan een tafel gezet, de kaart wordt gegeven en op het moment dat ik Cola en Orangina bestel en om de wijnkaart vraagt zegt Guillaume:” ja, ik wilde net vragen wat u als aperitief wilde drinken…” Ja ja… Enfin, niet zeiken, op de oude kaart van de **-zaak krijg je 25% korting dus da’s mooi. Nog mooier is dat er geen Rhône wijn, ik wil Condrieu drinken, opstaat onder de € 175,=, dus die korting hebben ze er eerst maal 2 opgeteld en mag ik er nu weer aftrekken. Condrieu drink je jong heb ik van Ricardo geleerd, dus dat gaat niet door, het wordt een Saint Joseph 2009 van Guigal van de gewone kaart, dus ook gewoon geprijsd. Er worden soesendeegflufjes met Saint Marcelin op tafel gezet, normaal € 4,50, voor ons gratuit, we kijken in de kaart, en de zaal vult zich langzaam met vooral oude of zeer jonge mensen die allemaal de tong een beetje verloren hebben. Doods…
We zijn er uit, oeuf en cocotte met hatricots coco voor vrouw en kinderen, dit geeft al een beetje de vreemde kaart aan, en terrine de foie gras met meegegaarde artisjokharten. Ben benieuwd.
De smaak is prima, zo ook de consistentie, maar wat niet vermeld staat is dat er nog heel veel ander (orgaan)vlees in de terrine zit, waardoor er maar plek is voor 20% foie gras, en daar had ik nu juist zo’n zin in. De oeufjes gaan er bij de rest prima in, maar veel meer dan een gepocheerd ei met een lading bonenschuim is het niet. Ondertusen maakt de oude Léon, hij heet anders, in een tot double-breasted omgebouwde koksjas zijn ronde, maar je ziet hem huilen. 27 jaar 2 sterren, het enige wat er van over is is het lelijke, voor een brasserie sfeerloze interieur, en 2 maitre d’hotels die weinig tot niets te doen hebben. De man kijkt verder naar wat bij elkaar geraapte kelners, de helft net van school, die het allemaal vast goed bedoelen, maar niet de sfeer, spirit en vakmanschap uitstralen waar deze zaak het van zou moeten hebben.
Ik verheug me al 2 weken op quenelles de brochet sauce Nantua. Zachte snoekkroketjes in een saus van rivierkreeftjes, hoe mooi kan het leven zijn, en ze hebben ze hier! Moeder en zoon gaan aan de steak tartare (zout vergeten), Okky aan de kip (zout vergeten), en voor mij quenelles de brochet (zout vergeten).
De quenelles blijkt er slechts 1 te zijn, maar prima van formaat, en vooral mooi van consistentie en smaak. We vragen om nog een bakje fleur de sel, en ze gaat er in als koek. Het garnituur bestaat uit een bakje flauwe rijst, maar het mag de pret allemaal niet drukken, ik heb m’n quenelle de brochet, dan maar een keer geen groente.
De crème brulée is prima, de koffie bitter, maar de ijskoude eau de vie de framboise, een must in een brasserie, glijdt naar binnen. Al met al een prima avond, met middelmatig eten, lekkere wijn, een hoge rekening en saaie gasten om ons heen. Wie zich aangesproken voelt tot Léon de Lyon raad ik aan snel te gaan, want ik denk dat “Léon” de hut binnenkort gaat (of moet) verkopen en er over 2 jaar een hip kantoorpand staat. En da’s dan weer jammer!