Hoog op een bergtop in Frankrijk, Courchevel 1650, staat een van m’n favoriete restaurants, le Bel Air. Open van 15 december tot 15 april, verdient Christophe Gormier zich hier in 4 maanden helemaal kleurenblind, en terecht. Value for money is hier aan de orde van de dag. De bediening is snel, maar toch vriendelijk, de reserveringen kloppen, alles kan en het eten is eenvoudig maar erg lekker. Ik was er gisteren, met de Citjes en hun troupe, 16 man aan tafel, en geen wanklank. Begonnen met de salade Bel Air, romaine met dé vinaigrette, geraspte beaufort en walnoten, waarna een werkelijk heerlijke blanquette de veau. Zacht, creamy en niet te vet, met wortel en uitjes. Top. Isabel had de beste steak van de vakantie, en Janine de specialiteit van het huis, de steak tartare. Nu kun je daar, behalve zelf, niets aan verknallen, mits de ingrediënten goed zijn, en dat waren ze. Zaak is wel om hier direct bij binnenkomst de toetjes te reserveren, wat we gedaan hadden. De lekkerste île flottante (eiwitschuim met caramel en een crème anglaise) en een welhaast mooiere citroenmeringuetaart. Ik denk dat hier tussen 12 en 2 zo’n 400 man lunchen, dus de rekening kan nog wel eens even duren. Geen nood, dan zetten ze gewoon een fles marc de Savoie op tafel (verfafbijt, maar alles went).

Cit en ik fantaseren al een paar jaar om de tent over te nemen (waarvan, want ik denk dat Christophe buiten goed ondernemen ook heel erg goed kan rekenen) en vinden dat het over een jaar of 5 maar moet gebeuren. In Courchevel of ergens anders. Suggesties?? Belangrijk voor het slagen van het plan is dat we 4 maanden hard willen werken om de andere 8 maanden leuke dingen te doen.

Steak tartare
Nog even over die steak tartare, die wordt in le Bel Air als volgt geserveerd; een mooie portie gedraaide biefstuk met in het midden een halve eierschaal met een dooier erin. Er omheen het garnituur, bestaande uit fijngesneden augurk, kappertjes, uitjes en peterselie. Apart komt er dan nog mosterd, olie, azijn, worcestershiresauce, tabasco, zout en peper bij. Ik maak zelf altijd op een apart bord een soort mayo van alle ingrediënten behalve de uitjes en de azijn, wat ik vervolgens meng met het vlees. Jaume Subiros (Motel Ampurdan in Figueres, E) doet hetzelfde met rauwe tonijn, en mengt daar nog wat gekookt en fijngehakt ei door, ook niet gek. Neem in godsnaam nooit gehakt, maar biefstuk of ossenhaas, laat het door de slager draaien of doe ouderwets en hak het zelf fijn met twee scherpe koksmessen.


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.